Gabriël Argy-Rousseau (1885-1953) Vaas 'Frise Grecque'

Over dit stuk

Een topstuk, deze grote vaas (H.23,5 cm), gemaakt door de Franse glaskunstenaar Gabriel Argy-Rousseau (1885-1953).

Hij wordt gezien als één van de weinige grote glaskunstenaars die de prachtigste objecten maakten met pâte de verre, een glaspasta die opnieuw ontdekt werd rond 1900 en erg moeilijk is om mee te werken.

De blauw gemarmerde vaas is gedecoreerd met een groene fries in een Grieks patroon in reliëf en is doorvlochten met grote cirkels. De vaas is destijds ook in een andere kleur gemaakt, (bruin en oranje tinten), maar deze kleurstelling is toch wel de allermooiste, met de intens groene fries en de diverse tinten blauw met een vleugje amethist.
Deze vaas van Argy-Rousseau is behoorlijk zeldzaam.

De vaas is in reliëf gesigneerd op de buik met 'G. Argy-Rousseau' en op de onderzijde staat 'France', ook in reliëf.
De vaas is in 1927 ontworpen en in een kleine serie gemaakt.

Biografie:
Joseph-Gabriel Argy-Rousseau (Meslay-le-Vidame 1885-1953), glaskunstenaar.

Pâte de verre was eind 19e eeuw net herontdekt door Henri Cros en Georges Despret. Maar een klein aantal kunstenaars ontwikkelden hun eigen methodes en receptuur en specialiseerden zich in het werken met pâte de verre.

Samen met Henri Cros, Georges Despret, Albert Dammouse, François Décorchemont en Amalric Walter behoort Argy-Rousseau tot de belangrijkste glaskunstenaars op het gebied van pâte de verre. Hij ontwikkelde binnen het pâte de verre ook het zogenoemde 'pâte de crystal', dat als belangrijkste eigenschap had dat het meer doorzichtig was.

Door zijn vriendschap op de Academie in Sèvres met de zoon van Henri Cros, Jean Cros, leerde Argy-Rousseau werken met pâte de verre.

Hij gebruikte sindsdien altijd pâte de verre als basis voor al zijn ontwerpen.

Zijn eerste expositie op de Salon des Artistes Indépendantes Française was al in 1914.

In 1921 begon hij zijn eigen atelier in Parijs. "Les pâtes de verres d'Argy-Rousseau". De financier en galeriehouder Gustave Moser-Millot kreeg de exclusieve rechten van verkoop. Hij had meerdere mensen in dienst maar bleef zijn hele loopbaan op een kleinschalige manier glas maken. Zo werden de meeste items grotendeels met de hand geproduceerd, maar er werden ook semi-geautomatiseerde technieken toegepast voor de eenvoudigere ontwerpen. Zijn ontwerpen werden altijd in kleine series geproduceerd.

In 1925 was hij op het hoogtepunt van zijn roem. Toch werd hij mede door de economische crisis gedwongen in 1931 zijn atelier te sluiten. Hierna ging hij werken als zelfstandig kunstenaar in een klein atelier en maakte alleen nog unica's. Hij leefde in grote armoede maar bleef actief.

Hij overleed in 1953. Argy-Rousseau's werk is vrij zeldzaam en daardoor ook kostbaar.
Vele grote collecties, zowel museaal als particulier, hebben een werk van Argy-Rousseau in hun collectie.

Literatuur:
* Janine Bloch Dermant,"Gabriel Argy-Rousseau, Les pâtes de verre" Catalogue raisonné. Les éditions de l'amateur 1990, p. 210 met afbeelding.

* Philippe Olland; 'Dictionnaire des Maîtres Verriers de l'Art Nouveau á l'Art Déco Marques & signatures, p. 30 t/m 33. Éditions Faton 2016.

* Victor Arwas, 'Glas, Art Nouveau to Art Deco', p. 26 t/m 35. Academy Editions London 1987.

Conditie

Uitstekend